Toen ik was aangenomen bij KPN als jonge hond, kreeg ik een telefoontje van mijn nieuwe manager. Henk.
Ik dacht in die tijd dat alle managers bekakt praatten. Of misschien dacht ik zelfs dat alle goede managers bekakt praatten. Dichtgetikt, was ik.
De man aan de telefoon was alles behalve bekakt (hij had een – weet ik nu – Lekkerkerks accent). Ik snapte er niets van.
Ook als je hem in het echt zag, wist je dat je niet met een doorsnee corporate manager te maken had. Hij had dan wel een streepjespak aan en hij was dan wel controller geweest, maar daar hield iedere vergelijking met traditionele managers op. Waar hij ging, liet hij een spoor van verandering, adoratie en positiviteit achter. (Behalve als je slechte dingen in de zin had. Dan had je aan hem een slechte. Oei!)
Een collega van een andere afdeling die een verdieping hoger zat en met wie we al een tijd samenwerkten, was wel benieuwd naar hem want hij was altijd the talk of the town. We stonden op een borrel en ze vroeg: nou, nu wil ik die Henk van jullie wel eens ontmoetten.
Hij stond pal naast haar, in zijn casual Friday kloffie. Ik zie hem nog staan: in een wat oudere spijkerbroek, een wat ouder poloshirt, hij had zijn haar net geknipt en het stond in stekels overeind. Hij zag er een beetje uit als een kwajongen uit de polder.
Hij WAS een kwajongen uit de polder!
Iedereen begon te lachen. Ik begreep haar wel: hij was niet wat je verwachtte van iemand die zo snel carriere maakt bij een bedrijf als KPN.
Hij was de olifant in de porseleinkast, maar dan wel de juiste olifant in de porseleinkast die eens nodig opgeruimd moest worden. Hij hield niet van gelul, hij hield niet van ego, het was voor hem allemaal heel simpel.
Binnen weken nadat ik als kersverse productmanager een nieuw productportfolio had gekregen, was mijn eerste product al opgeheven. Ik vond het een onzinproduct en gelukkig was hij het met me eens. En de rest van mijn prachtige portfolio volgde snel. Hij keek naar marge in plaats van omzet, hij keek naar het belang van het bedrijf in plaats van het belang van een afdeling of een business unit. Hij keek naar de markt in plaats van naar traditie.
Het leverde bij de oude garde van het bedrijf wel stress op. Daar ging het ‘doe-ze-de-groeten-vakantieboekje’! Daar ging de Scopekaart! De telefooncellen! Dat kon toch zo maar niet?
Maar dat kon wel. Hij deed het gewoon.
Na 9 maanden in mijn eerste baan was van onze afdeling niet veel over. Mijn eerste grote projecten waren allemaal uitfaseringsprojecten. En binnen no time had hij de functie van zijn manager overgenomen.
Onze afdeling is altijd een afdeling gebleven, heeft altijd contact gehouden. Dat kwam door Henk.
Hij was nononsens, warm, enthousiast, gedreven.
Hij was, moeilijk te beschrijven.
Ik was gek op hem, al had ik hem al lang niet gezien.
Hij is vannacht overleden na een lange strijd. Maar ook een lange tijd van intens genieten van zijn gezin, als ik het zo gadesloeg van een afstandje.
Het is niet eerlijk.
Hij was er een uit duizenden.
De wereld is er minder om.
Wat prachtig omschreven Elja. Sterkte!
traan
Goh, ik kan me voorstellen dat zo’n man een blijvende indruk op je heeft gemaakt. Je komt zulke kanjers in je leven niet al te vaak tegen.
En die laten inderdaad een leegte achter. Omdat ze een bijzondere plaats innamen.
Ja zo is het. Zo’n indruk op zo’n belangrijk moment en daarna al die jaren ook nog de vriendschap. Heftig.
Prachtig geschreven..
Wat bijzonder dat deze man zo’n indruk op je heeft gemaakt. Mooi beschreven. Ik wens je heel veel sterkte!