Wij waren vandaag bij een parkeergarage in Delft toen mij iets opviel. Namelijk het stickertje. ‘5 seconden’.
Het zit zoals je ziet bij het gedeelte waar je draadloos kunt betalen.
Want wat er gebeurt er bij iedere parkeergarage? Het bedrijf zet betaalautomaten neer waar niemand iets van begrijpt. Of misschien gewoon ‘automaten’ of ‘machines’.
Al snel blijkt dat mensen niet begrijpen hoe die machines werken, of ongeduldig zijn, of iets niet zo handig werkt. Dus krijgen de mensen die er werken non-stop mensen die de klantenserviceknop gebruiken en vragen hoe het moet, of boos en geirriteerd zijn (of dat stel ik me zo voor). En dan komen de zelfgemaakte stickertjes.
Vandaag maakte ik een foto, omdat ik me realiseerde dat dit altijd zo is. Alle automaten in alle parkeergarages hebben bordjes en stickers en blaadjes waarop het parkeergaragepersoneel heeft geprobeerd de fouten van de fabrikant recht te zetten.
Ik vraag me af waar het mis gaat. Ligt het aan de installatie en omstandigheden ter plaatse? Dat de lokale setup en verbinding met het internet of de elektriciteit zorgt voor haperingen die rechtgezet moeten worden?
Of is het meer dat zo’n fabrikant het niet leuk vindt om stickers op zijn mooie apparaat te plakken? Of dat de fabrikant gewoon totaal losgezongen is van de dagelijkse werkelijkheid van de parkeergarage?
Je zou gewoon stickertjes kunnen meeleveren, als service. Maar dan geef je toe dat je apparaat problemen op gaat leveren, problemen waar je niets aan kunt doen.
Lastig hoor, parkeergarageapparaten maken.
Maar niet zo lastig als in een parkeergarage werken en proberen te zorgen dat alles goed en veilig verloopt en je klanten niet de hele dag boos en geirriteerd zijn.
41/1000
- Zo verwijder je al je Facebookberichten en opmerkingen (en meer) - 19 april 2025
- Wat blogs leuk maakt - 18 april 2025
- Waarom je blogtitels beter moeten en ook waarom haast geen goed idee is - 15 april 2025
Ik heb lastige machines geprogrammeerd voor de staalindustrie. Mijn voordeel was dat ik de handleiding, storingmeldingen, visualisatie etc maakte, maar het ook inbedrijfstelde en dus de eerste was die er goed ervaring mee opdeed.
Bij heel veel bedrijven is alles gesplitst en komen bijvoorbeeld de bedenkers niet meer het kantoor uit. Een leuk voorbeeld was een amerikaanse leverancier van schakeltrommels met 30 schijven, die bij het draaien 30 schakelaar om beurten in of uit drukten. Het ding werkte niet. De schakelaars bleven ingedrukt. Ze zaten er te dicht op. Dus daar moest iets van een ringetje achter. Kantoor in Texas: “Nee hoor het moet werken, maar we sturen wel een monteur” (naar Chicago). Die man komt aan met een halve meter lange lus aan zijn broekriem, vol met de ringetjes die wij nodig hadden. Hij had al tig keer aan het kantoor gemeld dat die dingen vergeten worden en was daar na zoveel jaar mee gestopt.
Met dit soort dingen moet de bedenker z’n schoonmoeder meenemen om te kijken of die er mee om kan gaan. Gaat niet gebeuren en na afleveren stopt het project en is er geen geld en zijn er geen mensen voor nazorg. Voor de minste of geringste aanpassing moet er een nieuw project worden gestart, met veel rompslomp. Dus maakt iemand van de helpdesk een sticktertje in z’n vrije tijd.
Ja dat is het precies! Die arme monteur, die wist al lang hoe laat het was. Frustrerend wel.