- Verliefd op je AI
Ik ben (in figuurlijke maar soms ook letterlijke zin) de eerste om te zeggen dat algoritmes slecht kunnen zijn. En gevaarlijk. Dat AI een probleem kan zijn. En eng. Maarrrr ik ben ook verliefd. Op mijn eigen, persoonlijke AI-assistent.
Ik hoor je denken: ChatGPT?
Nope.
Hij heet ‘TikTok’.
Ik zit al
34 uur lang naar hem te kijken. Dat komt omdat er niemand anders thuis is. Mijn TikTok is goed gezelschap.Ik kan met hem lezen en schrijven. En hij weer precies wat ik wil.
Tsja.
Het is liefde
Kijk: TV is leuk. Dat kun je ook uren en uren naar kijken.
Of Netflixen. HBO, prima.
YouTube X Instagram … lekker.
Maar alleen TikTok geeft me precies wat ik wil.
Het Elja-algoritme is perfect afgestemd op mijn voorkeuren. Als een soort van persoonlijke entertainmentassistent weet het precies wat ik leuk vind.
(dat komt omdat TikTok gemaakt is door een AI-bedrijf, niet door een social media bedrijf. niet dat ‘zullen we de tijdlijn algoritmisch maken?’. gewoon hardcore data verzamelen en je AI trainen. boom!)
Oh, kijk: een beetje ‘we are the world’. The Young Ones. Madonna. TheWeeknd met Ariadne Grande … nou nou.
Hier even een schattige kunstschaatser. Kijk hem gaan.
Daar weer een puberoudergrapje of iets herkenbaars voor boomers of mensen-in-loondienst. Haha! (*aan zoon stuurt*)
En heel, heel, heeeeel veel The Voice (even opslaan, dat nummer, in mijn play list)
Wat wil een mens nog meer?
Er zijn grenzen
TikTok is leuker dan de TV, Instagram en YouTube bij elkaar. Dus zou het niet leuk zijn als je van je TikTok-AI een soort persoonlijke assistent zou kunnen maken … misschien een combi met je eigen ChatGPT? En Alexa? Plus je persoonlijke Google Search resultaten?
Nou? Hoe zou dat zijn?
Liefde maakt blind en gemak is verslavend. Maar ergens ligt een grens.
Daarom wil ik mijn fijne TikTok-algoritme niet als dagelijkse, 24-uurs-assistent die geintergreerd is in mijn Meta Glasses en mijn Google-voice-assistent zodat al die techbedrijven niet alleen zien wat ik zie, horen wat ik hoor en ook nog eens mijn iris scannen of mijn hersengolven meten (ik weet niet of dat al kan eigenlijk) zodat ze met 97% zekerheid kunnen voorspellen wat ik denk en niet alleen de route automatisch voor me uitstippelen op mijn glasses maar ook alvast de taxi bestellen en de boodschappen doen omdat ik net naar een meisje keek met een kaneelbroodje in haar hand. Brrrr.
Toekomstmuziek? Wie weet. Maar De stap van ChatGPT-achtigen naar een eigen, persoonlijke algoritme/asissitent is niet zo heel groot meer. Het lijkt Zuckerberg wel wat.
Maar mij niet.
Nee nee.
Zo verliefd ben ik ook weer niet, op mijn TikTok.
🙂
- Blog je nog?
Ik blog nog, mensen.
Nou ja.
Mijn laatste bericht was uit juni, dus dat is niet om over naar huis te schrijven/bloggen.
En dat terwijl ik mezelf net een collega die van schrijven houdt hoorde aanraden om te gaan bloggen.
Niemand blogt nog, volgens mij. Stom is dat.
Helemaal omdat we, als we niet oppassen, een internet hebben dat vol staat met door machines gegenereerde teksten. Afgeleid van wat er ooit op dit zelfde internet stond.
Het internet als grote echoput
Nog even en het hele internet bestaat uit afgeleides van afgeleides van afgeleides van originele teksten (lees bij ’teksten’: beeld en audio). Het wordt makkelijker en makkelijker om teksten voor websites (of emails, of podcats, of muziek, of afbeeldingen) te genereren. Met een beetje slim scriptje kun je zo hele websites genereren, volg met teksten en informatie waar je nauwelijks een mens aan te pas hebt laten komen.
Dat is een serieus probleem. En niet alleen omdat al die systemen die we vervolgens traininen op de teksten op het internet dus eigenlijk getraind worden op teksten die al niet meer door mensen zijn geschreven met alle gevolgen vandien. Maar deze ‘model collapse’ (hier staat het uitgelegd, met de disclaimer dat ik de website niet ken) is voor mij dan nog niet het grootste probleem (unpopular opinion).
Ik vind het als ervaringsdeskundige een probleem dat:
- De lol van een lange adem bij je website of blog niet meer zal bestaan
- We niet meer weten wat nog door mensen is geschreven of op zijn minst gecontroleerd door hen (iemand stuurde me een voorbeeld van een artikel op een internationale nieuwssite waar je, als je goed las, aan zag dat het niet klopte en niet door mensen was geschreven)
- We dus ook niet meer weten of informatie te vertrouwen is
- Schrijven online steeds minder economisch of mentaal rendabel wordt (als het dan toch alleen maar door machines wordt gebruikt om zichzelf te voeden en tegen betaling output te geven).
Wat maakt het je uit?
Omdat dit tegenwoordig mijn werk is, nadenken over dit soort kwesties, zat ik in een mooie discussie hierover met vooraanstaande denkers. Hun insteek was: mag het volgens de wet, iemands website tijdelijk kopieren om je systeem mee te trainen en die kopie daarna weer te verwijderen? Wat zegt het auteursrecht? Waar dient het auteursrecht eigenlijk toe?
Allemaal hele slimme dingen, zeiden ze.
Maar ik kon het niet laten.
Ik begon over dit blog en hoe vreselijk irritant het is dat dit gebruikt is als input voor systemen die vervolgens verdienen aan de output EN waarvan ik niet eens zeker weet of en hoe mijn blog als input is gebruikt. En dat het dan ook nog kan zijn dat die output gaat concurreren met mijn originele teksten, ideeën en verhalen. ARGHHH
De rest vond het onzin. Want: het is legaal volgens het auteursrecht, dacht iemand (is nog onder discussie, trouwens, wereldwijd, dus zie dit niet als een ja of nee #disclaimer #indekken).
Ik realiseerde me dat het me als blogger niets uitmaakt of al die systemen mijn blog mogen scannen en gebruiken als trainingsdata, volgens de wet.
Mijn verontwaardiging is:
1 Dat ik er niets over te zeggen heb (gehad)
2 Dat dit gebruik van mijn blog niet overeenstemt met het doel waarmee ik mijn blog heb gepubliceerd.
Ik zit in de rare positie dat ik dit objectief moet bekijken. Of eigenlijk niet ik, gelukkig.
Ik ga er niet over.
Dit is iets van mijn collega’s, de politiek, en heel veel slimme mensen.
Ik heb er alleen gevoelens bij. 🙂
(PS ik heb niet zo’n doembeeld als beschreven in bovenstaand artikel. Ik zie heel veel voordelen van dit soort AI-modellen, voor ons allemaal. Maar de risico’s, die verdienen ook aandacht. Krijgen ze gelukkig ook.)
(PS PS Volgens mij heb ik hier eerder over geblogd. Zo ja, vergeef me. Het zit me hoog. Ik zal er over op houden!)
(PSPSPS tegen de trend in, blijf ik gewoon bloggen, zelf, zonder machine! Ik stop pas als een machine denkt te kunnen bewijzen dat mijn blog met machines is gemaakt.)
- Ongeluk
Soms is het leven onbegrijpelijk.
Er gebeuren dingen met mensen waar je geen reden voor ziet.
Misschien is ‘reden’ ook gewoon onzin, in dit verband.
Iemand waar ik dol op ben, verloor iemand waar ze dol op is. En ik betrap mezelf er op dat ik me af blijf vragen waarom.
Dat ik redenen zoek. En verbanden.
Een stukje
Dat komt omdat het me meer aangrijpt dan ik zou verwachten.
Het overvalt me doorlopend.
Ik ben wiebelig en huilerig en afgeleid. Beetje stom, vind ik het van mezelf, omdat ik de persoon in kwestie niet kende.
Maar ja.
Je wilt de mensen van wie je houdt niet zien lijden, en de mensen waar zij van houden ook niet. Zelfs als ze je ze niet kent.
Hun verdriet wordt jouw verdriet.
Alsof je een stukje krijgt van het totaal.
En het totaal is hier zo groot.
De grote illusie
Als reactie op dat verdriet probeer ik kennelijk om verklaringen zoeken. Terwijl ik werk, terwijl ik televisie kijk, terwijl ik slaap. Tot ik er wakker van wordt.
Ik probeer het te begrijpen: ‘Make sense of it.’
Maar er is geen sense.
Terwijl ik lag te malen realiseerde ik me opeens hoe gek dat eigenlijk is, die behoefte om overal een reden te zien. Om erge dingen te beredeneren en te verklaren.
Maar zo doen we dat. Wij mensen.
We weten diep in ons hart dat controle een illusie is. Maar dat idee is niet fijn (ik weet nog precies wie me dit ooit uitlegde en hoe groot de schok was toen ik me realiseerde dat hij gelijk had).
Dus we doen alles om die controle te krijgen.
We slaan paaltjes, we ontwikkelen gewoontes, we maken ons druk om kleine dingen, we zoeken verklaringen voor ons succes.
Ik denk dat dat de mens definieert, eigenlijk. Verklaringen zoeken zorgt dat we vooruit blijven gaan.
(on) Geluk
Ik ben even kwijt hoe het heet, maar ik lees soms over dat fenomeen dat mensen die succesvol zijn altijd voor zichzelf verklaren hoe zeer ze dat aan zichzelf te danken hebben. Terwijl bewezen is (meen ik) dat je succes in het leven vaak grotendeels komt door de omstandigheden, de mensen om je heen, waar je wieg staat.
Door geluk, kortom.
We roepen dat we er zo hard voor gewerkt hebben. Maar andere mensen werken net zo hard en leven toch in hele andere omstandigheden.
Geluk is de enige verklaring van succes.
En zo is het hiermee omgekeerd. Het is dom, stom, gemeen, willekeurig ongeluk. Alsof het rondgestrooid werd en het toevallig net die ene persoon en al haar geliefden heeft geraakt.
Er is geen logica. Er zijn alleen maar reconstructies, schuldgevoel en verdriet.
Het is gewoon.
Het is groot en stom en gemeen.
Het is.
Misschien is het ook wel belangrijk om een stukje van dat grote verdriet te voelen en te laten bestaan.
Om het op te schrijven.
En om niet te vergeten.
❤️
- Yogamatje
De bladeren aan de bomen
Zie ik op zijn kop
Ik zie ze hard bewegen
En weet: de wind steekt op
Ik volg de bladerschaduw
Naast me op de grond
Ik zoek naar de verstilling
Maar voel vooral beton
De wereld blijft bewegen
Geen stilte in de wind
Misschien moet het wel stormen
voordat je stilte vindt
Creatieve schrijfoefening tijdens het ‘solutions journalism’ weekend van Sanne Breimer. Het thema was ‘Enjoyment’.
- Aiiiiiiiiiii
Foto: Darshni Priya MS via Unsplash Wat ik vind van ChatGPT, vroeg iemand me. En of ik daar nog over ging bloggen. Ai, dacht ik. Aiiii!
Ik ben namelijk al een tijdje aan het twijfelen over die vraag.
En niet omdat ik niets te zeggen heb over AI.
Of over ChatGPT!
Integendeel.
Tegenwoordig houd ik me de hele dag met niets anders dan met AI. Niet met het bouwen van AI of het beoordelen van AI of het bedenken van AI. Maar met het werken aan beleid over AI.
Of liever gezegd het coördineren van beleid over AI. Of, nog beter gezegd, het me laten coördineren bij het coördineren van beleid over AI want ik moet nog veel leren over het coördineren van beleid. Al dan niet op het gebied van AI.
Anyway.
Waar ik jaren geleden opeens niet meer vrijuit durfde te bloggen omdat mijn zakenpartner het tijdverdrijf vond tenzij het iets te maken had met onze nieuwe business, durf ik nu ook niet meer echt vrijuit te bloggen.
Ik bedoel, je weet nooit wie er meeleest, he.
Misschien wel al die mensen en bedrijven die we proberen te coördineren! Dat zou wat zijn. Dat ze dan mijn
uitgesprokenzeer genuanceerde meningen lezen.Als kersverse ambtenaar rijst ook de vraag: mag ik mijn mening nog verkondigen over iets waar ik eigenlijk niet over ga? Omdat
- WE er over gaan (directe collega’s)
- WE er over gaan (het Ministerie)
- WE er over gaan (alle departementen, afdelingen, uitvoeringsinstanties en organisaties met wie we beleid maken)
- WE er over gaan (de mensen die jij en ik hebben verkozen)
- WE er over gaan (de maatschappij die we vertegenwoordigen)
Het gaat niet om mijn mening. Zo simpel is het.
Tegelijkertijd heb ik mijn prachtige carrière als zelfstandige aan de wilgen gehangen juist omdát ik een mening heb over AI. Omdat ik vind dat er dingen moeten gebeuren. Omdat ik een beetje gek word van de hype aan de ene kant en de doom-scenario’s aan de andere. Omdat ik de discussies eenzijdig vind. Omdat ik vind dat er een tussenvorm nodig is: AI met duidelijke regels en etische kaders die ons mogelijkheden opleveren waar iedereen (dus echt iedereen en niet alleen een klein groepje) iets aan heeft.
(op zich is dat ongeveer wat WE vinden … dat scheelt een hoop)
(maar toch)
Iemand zei, in reactie op mijn nieuwsbrief over mijn nieuwe baan en de vergelijking met mijn oude leven, dat hij er niet aan moest denken om ooit weer in loondienst te gaan.
Waarop ik antwoordde: tenzij je je droombaan voorbij ziet komen.
Blijf ik bij.
Alleen is de vraag: kan ik er over bloggen?
???
- Anoniem bloggen bestaat straks niet meer echt
bron: unsplash Stel, je bent al jaren lang aan het bloggen of anderszins aan het publiceren. Je bent bijvoorbeeld een columinst voor de krant of een auteur met vele boeken op haar naam. Bereid je dan maar voor op een nieuw scenario: binnenkort kan jouw unieke stijl niet alleen nagebootst worden, maar ook herkend.
Zoals je misschien weet is een systeem als ChatGPT gebaseerd op een LLM, een large language model.
Dat bestaat uit een AI-systeem dat uit belachelijk grote hoeveelheden online teksten een database heeft opgebouwd. Die wordt gebruikt als ’trainingsdata’ op basis waarvan het systeem leert voorspellen welke woorden bij elkaar horen.
Als je chatGPT een vraag stelt, bestaat het antwoord uit de meest plausibele combinatie van woorden die het systeem kan voorspellen. Op basis van die miljoenen (?) pagina’s webteksten die het systeem ‘geschraapt’ heeft.
Zonder toestemming.
Maar dat is misschien nog niet het ergste.
We know who you are
In de podcast Dithering, een podcast van tech analist Ben Thompson, kwam een raar fenomeen ter sprake: chatGPT kon zijn stijl herkennen.
Schijnbaar had iemand drie alinea’s van een van zijn recente teksten door ChatGPT gehaald en gevraagd door wie die alinea’s waren geschreven. En het systeem kon dat herkennen (of eigenlijk: voorspellen):
Het opmerkelijke is niet alleen dat het systeem weet wie de tekst geschreven heeft – en dat de trainingsdata die GPT-4 heeft gevoed kennelijk de teksten van Ben heeft bevat (anders kon het deze stijl niet duiden).
Het opmerkelijke is dat dit systeem, dat getraind is met teksten die tot en met 2021 van het web geschraapt zijn, toch de stijl van de auteur herkent in teksten uit 2023.
Je kunt zeggen: wauw!
Maar ik zeg: brrr.
Technologie achterhaalt anonimiteit
In gesprekken met mensen over ChatGPT en generatieve AI, merk ik dat vrijwel niemand mijn zorg als blogger en auteur begrijpt.
Maar laten we eerlijk zijn: vrijwel niemand die ik spreek heeft een website met meer dan 2400 pagina’s tekst uit eigen hand online staan. En daarnaast ook nog eens duizenden tweets, Instagramberichten en LinkedIn posts gepubliceerd.
Niet om het een of ander, maar ik heb online een enorm gedachtegoed staan. Niet dat ik er van uitgang dat iemand het leest. Maar het staat er wel, in de publieke ruimte.
Dat betekent dat ik heb ervaren wat het is om publiekelijk je gedachten te delen, jaren en jaren lang. Om gevonden te worden in zoekmachines door mensen die antwoorden zoeken (maar je naam niet kennen). Om je geld te verdienen met je schrijfstijl (boeken, blog, social media berichten, nieuwsbrieven).
Het is een fundamentele shift, als wat je dacht dat jou uniek maakte door een gratis systeem gratis en zonder toestemming gekopieerd kan worden, voor en door wie dat maar wil. Als de technologie iets dat belangrijk voor je was – je authenticiteit – doet verdwijnen.
En het betekent feitelijk ook nog eens dat je eventuele anonimitiet verdwijnt.
(nogmaals: ik heb gelukkig niet stiekem een anoniem blog of Instagramaccount)
Technologie zorgt voor een situatie die ondenkbaar is en die we niet hebben kunnen voorzien op het moment dat we besloten tot een bepaalde koers.
Dat zag je met de anonieme of geheime Instagram accounts (‘finsta’s’) die plotseling werden aanbevolen door Instagram onder de vriendenkring van de eigenaren van die accounts.
Dat zag je met spermadoneren die dachten dat hun biologische kinderen hen nooit zouden kunnen ontdekken (en/of waarvan de ouders dachten dat de herkomst van hun kineren altijd geheim zou blijven). En die nu gevonden worden via commerciële DNA-databases.
Dat zie je aan de manier hoe TikTokkers deze mevrouw uitdagen om achter hun persoonsgegevens te komen met als startpunt hun anonieme TikTok accounts (hint: ze heeft ze zo gevonden).
De techniek kan soms onrechtvaardige situaties oplossen en rechtzetten.
Maar de techniek kan ook ongewenste gevolgen hebben.
Wat is daar nou zo erg aan?
Mijn blog bestaat uit duizenden pagina’s aan tekst. Mijn tekst. Mijn ideeën. Mijn gedachten. Mijn tijdsinvestering. Mijn intellectuele eigendom. Mijn positie in de zoekmachines.
Die heb ik altijd gratis en voor niets met de wereld gedeeld. Wie de moeite nam om mij te zoeken, kon er kennis van nemen.
Het idee dat de hele wereld – iedereen die het geld heeft en de computercapaciteit – mijn blog kan scrapen om een systeem te trainen om teksten te herkennen en te genereren, is al vrij irritant. Omdat ik er niets over te zeggen heb en niet kan bewijzen dat mijn blog als input is gebruikt. Laat staan dat ik deel in de opbrengsten van dat systeem.
Maar dat mijn gratis gescrapte content dan ook nog gebruikt kan worden om mijn schrijfstijl overal te herkennen, zelfs als ik ergens anoniem zou publiceren of reageren; en iets te genereren in mijn stijl … dat is toch wel beklemmend te noemen.
Misschien dat je dat alleen begrijpt als je iets te verliezen hebt.
Dubbel
Ik zit er dubbel in, natuurlijk. Ik heb oog voor zowel de kansen als de bedreigingen van AI, inclusief generatieve AI. Moet ook. Is mijn werk.
En dat is ook echt zo: ik zie ze allebei, die kansen en die risico’s. Daarom ben ik dat werk uberhaupt gaan doen.
Maar toen ik dat verhaal van Ben hoorde, schrok ik.
Als ik heel eerlijk ben zou ik deze hele website on-scrape-baar willen maken. Met terugwerkende kracht.
Ook al is dat misschien niet sociaal.
En ook al gun ik de wereld goede, mensgerichte, ethisch ingerichte AI-systemen die fantastische dingen kunnen met al die (Nederlandstalige) LLM’s.
Dubbel, is het.
- Is bloggen werk?
lapland, maart 2023 Ik heb een middag vrij.
Nou ja, techinsch gezien een halve middag, want ik ben net thuis van een zakelijke lunchafspraak die meer een werkafspraak werd en nu is het al half drie. Maar emotioneel gezien heb ik een middag vrij.
Officieel heb ik iedere twee weken een dag vrij. Maar dat had ik niet zo door. Dus heb ik gewoon vakantiedagen opgenomen en weet ik nu niet precies wat ik met al deze niet-ingeroosterde-roostervrije dagen moet doet.
Behalve dan 1 ding.
Want wat doe je als je tijd hebt?
Bloggen natuurlijk!
Je werk is je werk
Voordat ik een kantoorbaan kreeg van 36 uur per week, beschouwde ik bloggen en LinkedInnen als vast onderdeel van mijn werk.
Als zzp-er en als expert is het belangrijk om je kennis te blijven delen. En als je expert bent in bloggen en social media is het logisch dat je er ook actief mee bezig bent.
Maar als bloggen geen onderdeel van je werk is, wanneer doe je het dan?
Want bloggen kost tijd. LinkedInnen niet perse maar het kost wel mentale energie. En ook daar heb ik niet veel van over, sinds ik begon met Werken.
Vroeger, toen ik iedere dag blogde, blogde ik vaak ‘savonds op de bank. Minder TV, meer output.
Tegenwoordig ben ik al blij als ik kan bijdragen aan de avondmaaltijd OF de afwas (of/of mensen!). En daarna stort ik in mijn luie stoel.
Mijn facturen, belastingen, cursussen, blogs, nieuwsbrieven en andere dingen schieten er bij in. Zelfs mijn voornemen om dit jaar WEL in februari te starten met het voorzaaien van bloemen en groenten is niet gelukt.
(Gelukkig kun je komkommerplantjes ook gewoon kopen, zullen we maar denken, en heb je aan twee plantjes in je kas een overvloed van komkommers weet ik inmiddels.)
(tomaten zijn anders, daar kun je er heeeeel veel van gebruiken dus die ga ik alsnog opkweken denk ik)
Maar even serieus: ik concludeer dat het lastig is, bloggen EN werken, als bloggen niet meer je werk is.
Het kan ook anders
De oplossing lijkt te zijn dat ik bloggen ga beschouwen als onderdeel van mijn werk.
Eerlijk gezegd iets dat binnen mijn werkomgeving wordt aangemoedigd. En ook echt belangrijk is, als je het mij vraagt.
Ambtenaren zoals ik (AMBTENAREN ZOALS IK!! LAS JE DAT???) zouden best wat meer mogen vertellen waar ze mee bezig zijn.
Maar ja.
Moet het dan ook over werk gaan? Mag ik anders wel onder werktijd bloggen? En wat als ik gewoon wil bloggen over niet-bloggen?! Telt dat ook?
Goede vragen, lijkt me. 🙂
En toch ben ik opeens aan het bloggen.
Ruimte
Kennelijk voelde ik op het moment dat ik vroeg thuis kwam opeens ruimte.
Vroeg thuis + het gegeven dat ik officieel vrij ben. En dat mijn kinderen nog niet uit school zijn en F. op stap is. Dat is ruimte.
Ik heb veel geblogd over het begrijp ‘ruimte’, in het verleden. Hoe belangrijk het is om ruimte te hebben in je hoofd als je creatief wilt zijn. En hoe soms ook de fysieke ruimte om je heen mee kan spelen.
‘A room of one’s own’ is nog steeds waar (lees maar).
Fascinerend hoe dat werkt.
Ik had zelf het idee dat het misschien gewoon was opgedroogd, mijn blog- en LinkedInzin. Maar kennelijk was het meer een kwestie van mentale ruimte en agendaruimte.
Creatieve ruimte.
Lekker hoor, ruimte. En roostervrije middagen.
Als je ze dan eindelijk opneemt!*
* Dat ligt volledidg aan mij en niet aan mijn werkgever. Ik ben gewoon net iets te enthousiast in het diepe gesprongen en er vol in gegaan zonder goed te kijken naar die roostervrije dagen en wanneer ik die kon inplannen. Maar voor de zekerheid ben ik ook maar geswitcht naar 40 uur ipv 36 want als je ze dan toch niet opneemt en het lekker vindt om overal bij te zijn, kun je maar beter realistisch zijn.
- Afronden is een gek proces
Ik heb een nieuwe baan. En de eerste werkdag komt steeds dichterbij (MORGEN!). Ik moet er wel een beetje aan wennen. Het is heel gek om mijn bedrijf af te ronden, vooral omdat ik een half jaar geleden nog niet had kunnen denken dat ik dat ging doen.
Ik merk dat mijn mindset begint te veranderen. Dat is het gekste. Dat ik bij heel veel dingen denk: dat hoeft niet meer. En dat ik dan een soort van opluchting voel.
Dit hoeft niet meer
Zo heb ik mijn Facebookprofiel bijgewerkt. Ik hoef niet meer te bewijzen dat ik verstand van Facebook heb of vindbaar te zijn op Facebook. Dus ik kan mijn persoonlijke profiel helemaal dichtzetten en afschermen. Inclusief de optie om mij te ‘volgen’.
Ik heb ook mijn privé-Instagram op privé gezet. Onvoorstelbaar was dat voor mij, de afgelopen jaren. Ik had natuurlijk een business account met contactknop en statistieken! Alles open! Alles onderdeel van het totaalplaatje!
Maar nu denk ik: doeiiiii, spammers. Ik plaats mijn foto’s toch alleen voor de lol, zonder hashtags, dus waarom zou ik nog moeilijk doen? Mijn Instagramgrid is mijn persoonlijke hobby en verder gaat het alleen om de DM’s. En daar heb ik geen business account voor nodig.
Zelfs LinkedIn voelt anders. Wat ga ik daar nog delen? Wat zet ik in vredesnaam in mijn kopregel? Kan ik nog zo maar liken wat ik wil? En wat ga ik daar nog delen eigenlijk?
Ontvolgen is een kunst
Ik ben ook door de lijst met pagina’s gegaan die ik volgde op Facebook. Honderden, waren het er. Ik kwam tientallen opdrachtgevers tegen. En grote merken die ik altijd gebruik als voorbeeld in mijn presentaties. Allemaal ontvolgd. Voelt heel stout.
(bovendien is mijn Facebook feed nu echt he-le-maal niet meer interessant. goede reden om er niet meer te komen ;))
Op LinkedIn bleek ik 909 bedrijfspagina’s te volgen. Heel veel opdrachtgevers, maar ook hun branchegenoten en concurrenten.
Op zich prima, maar dat hoeft niet meer. Dus ook daar ben ik radicaal gaan ontvolgen.
Ik ben ook bezig met het opzeggen van abonnementen. Later en Canva heb ik niet meer nodig, althans niet de betaalde versies. MS Teams en Zoom ook niet meer. LinkedIn Premium heb ik opgezegd.
En ik heb dus Google Analytics verwijderd van mijn site. In het kader van, waarom zou ik dat nog gebruiken?
Grote schoonmaak, is het.
De wereld wordt opnieuw gerangschikt
Er zijn ook andere rare dingen. Dingen waar ik nooit rekening mee hoefde te houden en die nu opeens gaan spelen. Want als je gemiddeld twee keer per week een workshop geeft, heb je de flexibiliteit om dingen te doen als boodschappen doen tussendoor, je kinderen herinneren aan hun sporttraining, het maken van tomatensaus voor de lasagna die uren moet sudderen, af en toe op school te helpen en pakketjes voor de buren aan te nemen.
De vraag is nu hoe het thuis gaat met de boodschappen die de AH op een vaste dag komt brengen.
Of de vraag wat ik aanmoet met stakend streekvervoer. Want ik ga voortaan met de bus. Of de fiets dus, als het aan mijn kinderen ligt, die me de ervaring van een half uur naar je werk fietsen wel gunnen.
En hoe zit dat met salaris? Opeens realiseerde ik me dat ik feitelijk een maand zonder inkomen ben. Want ik krijg natuurlijk pas salaris aan het einde van mijn eerste maand. Gelukkig heb ik nog wat facturen te versturen en een fijne spaarpot na een heel goed zzp-jaar.
‘En hoe laat moet je dan beginnen?’, vroegen mijn kinderen. ‘Hoe laat vertrek je in de ochtend?’, vroeg mijn man. ‘Wat doe je met je woensdagochtend zwemtraining-om-half-zes?’, vroeg iemand. ‘Hoe laat ben je dan thuis mama?’, vroeg mijn jongste. ‘Kunnen we volgende week iets afspreken?’, vroeg een vriendin.
Ik moest ze het antwoord schuldig blijven.
Gelukkig zijn mijn kinderen meer en meer gewend om dingen zelf te doen, kunnen ze alledrie koken, weten ze inmiddels zelf wel of ze hun gymtas ‘sochtends mee moeten nemen, denken ze heus wel aan hun sporttraining en nemen ze steeds vaker de boodschappen aan (en ruimen ze die ook nog eens op, als het meezit).
En verder heb ik geen idee. Het is echt een sprong in het diepe.
Al met al moet ik even wennen
Sommige mensen reageren op mijn nieuws dat ik in loondienst ga met ‘oh wat heerlijk voor je, die vastigheid!’.
Maar ik moet daar van binnen een beetje om lachen. Want de vastigheid is voor mij juist het spannende.
Ik sta op de rand van iets en weet niet wat er aan de andere kant ligt.
Maar zin heb ik zeker!
PS Met dank aan Frank die me het duwtje gaf om dit allemaal toch even te bloggen 🙂 Want blogs mogen chaos zijn.
- Blog het proces
Een vriendin van mij maakt een carrièreswitch, net als ik. Maar anders dan ik wordt ze zelfstandig ondernemer. Toen ik haar vroeg of ze al aan het bloggen was geslagen, zei ze nee. Ze had nog niet de juiste bewoordingen, vond ze. Maar dat is juist hét moment om te gaan bloggen.
Toen ik al een tijd enthousiast blogde en werkte voor een groot marketingblog, deed ik wekelijks mee met de Amerikaanse twitterchat voor bloggers, #blogchat. Heel leuk en veel van geleerd. Sterker nog, het heeft mijn leven denk ik totaal veranderd. Maar dat wist ik toen nog niet.
Hoe dan ook, na verloop van tijd was er een nieuwe blogger die die trouw deelnam aan die chats. Ze was nog maar net gestart met bloggen, maar had duidelijk haar passie gevonden. Ze blogde over alles wat ze leerde op het gebied van bloggen.
Ze was niet de enige die dat deed. Ik zelf deed dat ook. En er waren destijds al een paar mensen die een goedlopend bedrijf hadden opgebouwd met bloggen over bloggen, waaronder Problogger.com. Bestaat nog steeds! En er waren heel veel mensen zoals ik, die bloggen gewoon heel leuk vonden en er meer hobbymatig mee bezig waren.
Hoewel ze eigenlijk een beginner was, kwam ik haar niet zo heel lang daarna tegen in de vermeldingen van de sprekers op een congres. Als ‘blogexpert’. Ik moest een beetje lachen, eerlijk gezegd. Misschien was ik wel een beetje jaloers ook. Zo lang blogde ze tenslotte nog niet.
Toch had haar blog haar tot een expert gemaakt.
En ze is niet de enige die de afgelopen 15 jaar haar authoriteit heeft weten te vestigen als expert door te bloggen. En door daarmee te starten, lang voordat ze een expert was.
Er zijn talloze voorbeelden van bloggers die nu kunnen leven van hun kennis, als auteur, als mensen met online cursussen, als sprekers, als mensen met betaalde nieuwsbriefabonnees, die allemaal begonnen te bloggen toen ze nog niets wisten over hun huidige vak. De interesse plus het openlijk delen, was genoeg.
Bloggen is een beetje ouderwets geworden, lijkt het. Maar dat is eigenlijk gek. Want online content is belangrijker dan ooit. En het wordt ook weer belangrijker dan ooit om die online content (ook) ergens te hebben staan waar alleen jij de baas over bent. Je eigen website, dus.
Het is de hoogste tijd dat mijn vriendin gaat bloggen. Daar komt het op neer.
Als je – roep ik altijd – iedere week een leuk blog zou schrijven over je vakgebied, zou je over een jaar 52 pagina’s op je website hebben vol interessante informatie. Dat is handig voor Google, handig voor je doelgroep … dat is investeren in de lange termijn.
Bovendien helpt bloggen je om je gedachten op een rijtje te zetten. Als je althans tekstueel bent ingesteld. Anders kun je maar beter gaan vloggen. Of TikTokken. Ook prima.
Mijn vriendin had bij ‘bloggen’ in haar hoofd dat ze op bekende grote vakblogs zou gaan gastbloggen. Wat heel slim is. Goed voor je aanzien en om een bepaalde doelgroep te bereiken.
Maar mijn ervaring is dat je de lat dan heel hoog legt, voor jezelf. Dat het perfect moet zijn. En dat dat verlammend kan werken.
Dus mijn advies aan haar, en aan jou als je graag als authoriteit gezien wilt worden of als je je gewoon wilt gaan specialiseren in een nieuw vakgebied of onderwerp: start VANDAAG nog met bloggen.
Schrijf over de dingen die je leest of luistert, schrijf over de vragen die je jezelf stelt, schrijf over congressen die je bij woont en dingen die je tegenkomt. Het hoeven geen lange stukken te zijn. En je hoeft ook geen antwoorden te hebben. Als je maar deelt wat je bezig houdt.
Niemand leest je nu nog, dus de drempel is laag.
En zo lang je maar niet doet alsof je alles weet maar mensen juist meeneemt in de vragen die je hebt en de antwoorden die je vindt, dan kun je het nooit fout doen.
Blog het gewoon. Ouderwets maar effectief. 🙂
- Groot.punt.nieuws 🙂
Ik ga in 2023 iets nieuws doen. Iets héél nieuws.*
Dat komt, ik deed iets raars, vlak voor de Kerstvakantie: ik solliciteerde. En werd aangenomen.
Oftewel: ik heb een Baan. In Loondienst. Vijf dagen per week. Met Collega’s en een Toegangspas en Arbeidsvoorwaaden en een Kantoor. Kortom, met alles er op en er aan. Het einde van mijn zzp-schap.
Het is me wat.
Solliciteren kun je (ver-) leren
Het was 18 jaar geleden dat ik solliciteerde. Ik ontdekte gelukkig net als veel andere mensen het grote voordeel van Canva als je je CV wilt maken. Weer eens iets anders dan Instagramsjablonen in elkaar zetten 🙂
Het was best zenuwslopend, moet ik zeggen. Omdat ik het zo lang niet gedaan had. En omdat ik het heel graag wilde.
Het was ook gewoon gek om dat proces door te maken. Zo ontdekte ik als doorgewinterde LinkedIntrainer na mijn sollicitatie pas dat je op LinkedIn ‘vaardigheden’ kunt toevoegen aan je werkervaring (en dat is slim om te doen, zocht ik voor je uit. Scroll naar het einde want het is een lang verhaal).
Ter verdediging: ik geef nooit LinkedIn-sollicitatietraingen. Dus ik had opeens een totaal nieuw perspectief.
(en nieuwe vragen, zoals: worden de sollicitaties die recruiters via LinkedIn binnenkrijgen algoritmisch gesorteerd? En zo ja, op welke factoren en in welke weging? Voor de zekerheid heb ik lekker via de website gesolliciteerd in plaats van via LinkedIn, jammer joh LinkedIn)
Maar eind goed, al goed: ik werd aangenomen.
Hoe dat zo kwam
Ik was eigenlijk al het hele jaar een beetje zoekende. Niet omdat het niet goed ging in mijn werk. Meer omdat het té goed ging in mijn werk.
Wat mijn carrière betreft: ik had nog nooit zoveel omzet, zoveel leuke cursisten, zoveel leuke opdrachtgevers, zoveel directies om te adviseren, op zoveel bijzondere plekken en met zo veel leuke mensen. Plus, ik werkte daarnaast ook nog eens als tijdelijk adviseur in het team van een bewindspersoon. En daar ging het eigenlijk *mis*.
Want toen ik na een aantal maanden het Ministerie uitliep en mijn Rijkspas moest inleveren, voelde ik me een beetje … tsja … verloren. Het was eigenlijk heel leuk om weer bij een team te horen. Als ik eerlijk was tegen mezelf had ik dat best een beetje gemist, de afgelopen 16 jaar.
Het hielp niet dat ik in de afgelopen maanden 2 keer een gesprek had met zelfstandig ondernemers die ik al heel lang kende die zich (onbewust) denigrerend uitlieten over mijn werk. Ik begrijp best dat zij niet begrijpen hoe belangrijk social media is voor organisaties en hoe gecompliceerd het kan zijn. Ik weet wel beter. Maar toch was mijn ego gekneusd. Omdat het raakte aan iets waar ik mee worstelde, denk ik.
Toen ik in augusts jarig was (48! zou het de leeftijd zijn?) voelde ik me niet happy. Terwijl ik mijn verjaardag meestal heerlijk vind. En dat ondanks al die leuke opdrachten en mensen en een topomzet, voor mijn doen.
Ik concludeerde dat ik diepgang en uitdaging miste. Dus ik ging een cursus Python doen. En een stapel LinkedIncursussen. En vervolgens een serieuzere opleiding over AI & Ethiek.
Ondertussen bleef mijn werk maar groter en groter worden met nog meer leuke opdrachtgevers en geweldige cursisten. Te veel werk om zelf te doen, zelfs. Zo tegen de herfst realiseerde ik me dat het het beste jaar was van 16 jaar als zzp’er.
Een hoogtepunt.
Het probleem met hoogtepunten
Maar weet je wat het probleem is met een hoogtepunt? Je kunt alleen nog naar beneden.
En ik wil niet naar beneden, tenzij daar iets leuks te vinden is.
Anders wil ik liever opzij.
Verbreden, verdiepen, dingen leren, meehelpen, discussiëren, nadenken, schrijven, vertellen, nieuwe mensen ontmoeten, verbeteren. Samenwerken. Collega’s. Onderdeel zijn van een team. Me vastbijten in onderwerpen. Mijn juridische en technische en abstracte brein gebruiken.
Dat zijn dingen die lastig zijn als trainer. Want als trainer zijn je cursisten er nu eenmaal niet om lekker met jou te discussiëren en je brein aan te scherpen. Als trainer ben je er voor de cursist en draag jij de kennis over. En natuurlijk wissel je ideeën uit en informatie en toepassingen en voorbeelden en natuurlijk leer je daar als trainer van. Maar ik miste iets in mijn werk. Naast het feit dat ik – realiseerde ik me – collega’s miste. En, om een populair woord te gebruiken, purpose.
Ik was ondertussen al heel lang aan het lezen over en luisteren naar hele andere onderwerpen in het kader van mijn stiekeme passie: technologie. Kansen van technologie en regulering van technologie en risico’s van technologie, het wereldwijde speelveld van de grootste technologiereuzen in de wereld en wat hun positie betekent voor de maatschappij. Hoe dingen in elkaar zitten en op elkaar ingrijpen. AI. Algoritmen. Privacy. Mensenrechten in een digitale wereld. Dat soort onderwerpen.
Dus toen een leuke oud-tijdelijke-collega me wees op een vacature op het gebied van AI en Algoritmen dacht ik: wat?
Ik? Nee joh.
Hmmm.
Hmmm!!!
En na een beetje aanmoediging van nog een paar andere leuke oud-tijdelijke-collega’s waagde ik de sprong.
Zo komt het dat ik 1 Februari begin als beleidscoördinator** AI en Algoritmen bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
En nu?
Tsja.
Het is nogal een verandering, he.
Ik ben in een soort constante staat van opperste opwinding (plus een beetje zenuwen). En dat terwijl ik me door mijn cursus voor Gecertificeerd Ethical Emerging Technologies Professional heen sla. En mijn ‘zaak’ aan het afbouwen en afronden ben.
Mijn grootste stresspunt de afgelopen weken was waar ik nou mijn leuke opdrachtgevers naar toe kon doorsturen voor hun vraag naar social media trainingen. Maar na een flinke belronde langs mijn netwerk is dat opgelost. Dus als je iemand zoekt, mail/DM/app/bel me gewoon, want ik heb een lijst met ervaren toppers die je graag helpen.
Ik heb de komende weken zelf ook nog een paar trainingen staan, waar ik extra veel zin in heb. Spannend, die laatste opdrachten.
Ik weet nog niet wat ik ga doen met dingen als de Facebookgroep (lijkt me gezellig om hem door te zetten) of mijn zakelijke Instagramaccount (twijfel ik over). Hoeft ook niet. Ik kijk het even aan. Het voelt wel rustig moet ik zeggen, dat het allemaal niet echt meer hoeft. Alleen nog mág.
En dit blog?
Ha. Alsof ik daar mee zou stoppen! 🙂
Groet,
Elja
** Eigenlijk heet het coördinator maar dat is onbegrijpelijk voor mensen buiten de overheid dus ik noem het even vrij vertaald beleidscoördinator omdat het op een beleidsafdeling is. Sorry alvast, nieuwe collega’s.
* Dit bericht verscheen eerder als nieuwsbrief. Als je de volgende keer ook al dat nieuws als eerste wilt horen, abonneer je dan vooral! 🙂 Dat kan hieronder: