Grappig hoe je mensen die al heel lang iets heel goed doen, zulke slimme dingen kunnen zeggen die veel verder gaan dan de praktische informatie die ze overbrengen. Het valt me vaak op. Vandaag was het de zwemjuf.
Mijn zoontje is namelijk bezig met zijn B-diploma.
Ik moet zeggen: was. Want het gaat niet van harte. Hij durft namelijk niet ver onder water te zwemmen, naar het gat waar hij door moet. Hij wordt daar zo onzeker van, dat hij eigenlijk niet meer naar zwemles wil. Hij dacht dat het een makkie zou zijn en dat viel tegen. Hij heeft het opgegeven.
Het was vandaag dan ook een gevecht om hem naar zwemles te krijgen. Ik had na het drama van het A-diploma beloofd dat hij mocht stoppen na zijn A-diploma, dus eigenlijk was het niet eerlijk dat hij vandaag naar les moest voor zijn B. Maar we hadden betaald voor deze zomerlessen en dit was de laatste. En, belangrijker, ik wilde hem graag iets leren. Namelijk dat niets vanzelf gaat en dat iets leren en ergens goed in worden tijd, oefening en vertrouwen kosten. Doorzettingsvermogen.
In de auto probeerde ik dat uit te leggen. En voor we uitstapten zei ik tegen hem dat hij positief moest zijn. Dat je alleen iets kunt leren als je er positief in zit. Maar dat kon hij niet, zei hij.
Gespannen stonden te wachten bij de douche. Ik vond het zo shit voor hem. Maar ik vond het toch nodig.
Gelukkig had hij les van zijn favoriete zwemjuf .
Ik keek vanuit de kantine naar al die kindjes op een rijtje, kleumend in het zwembad, en vroeg me af wat er door die hoofdjes en die hartjes ging.
Ik zag mijn zoontje drie keer proberen om door het gat onder water te zwemmen en drie keer veel te vroeg boven komen. En ik zag de juf, en de hoofdjuf, 5 minuten lang met hem praten. Ik moest denken aan ons oude huis in Turkije, waar we een zwembad voor de deur hadden, en waar hij zomers lang dingen opdook van de bodem in het diepe. Ik realiseerde me dat sport – maar eigenlijk alle prestaties – zo enorm mentaal zijn. Gek is dat.
Toen ik later vroeg wat de juf gezegd had toen ze zo lang met hem praatte, zei hij: ze zei dat ze wist dat ik het kon, maar dat het niet lukt omdat ik niet geloof dat ik het kan.
De hoofdjuf kwam nog even bij ons, na afloop. Ik vertelde dat hij niet meer door wilde met zijn B-diploma. En dat hij het onder water zwemmen zo eng vond.
Weet je wat je moet doen? zei ze.
Je moet je slagen tellen.
Hoeveel slagen kun je makkelijk onder water zwemmen?, vroeg ze. 5? Heel goed. Nou, dan weet je dat: 5 haal je makkelijk. En wat je dan doet, is volgende keer proberen er 6 te doen. En op een gegeven moment kun je er makkelijk 6, en dan ga je proberen of je er 7 kunt doen. Ga dat maar eens oefenen. En je moet ze natuurlijk niet heel snel gaan zwemmen dan he, om snel tot 5 te komen. Gewoon zoals je altijd zwemt.
Ik zag hem oplichten. Positief worden. Ik zag hem denken: hee, dat klinkt aannemelijk. En dat klinkt als iets dat ik kan.
Hij was blij, opgelucht, positief, toen hij zich om ging kleden. En trots.
Op de terugweg evalueerden we hoe het was gegaan. En waarom. Ik zei dat je altijd dingen in stukjes moet leren en door te oefenen. Want, vroeg ik hem, hoe heb je bijvoorbeeld de schoolslag geleerd? Want die kon je niet, toen we uit Turkije konden. En de borst crawl ook niet.
Hij zei dat de juffen hier altijd zo aardig en leuk waren. Dat hij het daarom had geleerd.
Ja, zei ik, maar wat moest je doen, om de borst crawl te leren?
Hij somde het op: eerst moesten ze met hun armen oefenen, toen alleen met hun benen, toen op hun rug, toen nog iets anders en toen alles tegelijk.
Zie je, zei ik:
1. Je was positief, want je vond de juffen leuk;
2. Je leerde iedere keer een klein stukje; en
3. Je oefende.
Ja, zei hij. En je had gelijk toen je in de auto zei dat ik positief moest zijn. Het lukt niet omdat ik boos was. Ik was boos toen de les begon.
Ik dacht aan het boek dat ik net uit heb: Raising Cain. Over hoe belangrijk het is dat ook jongens om leren gaan met emoties. Ze leren herkennen en benoemen. En ik was zo trots op hem.
En een beetje op mezelf. Phew.
Deed ik het maar altijd zo slim als vandaag.
En ging het maar altijd zo goed, dat opvoeden.
Maar met goede mentoren en leraren wordt het een stuk makkelijker…
- 50 worden: het alternatief is minder - 11 augustus 2024
- Vakantie - 1 augustus 2024
- Achieve more - 25 mei 2024
Carolien Geurtsen zegt
knap, knap, knap!
van alledrie, zoon, juf en jou, in willekeurige volgorde!
Of toch maar zoon eerst 😉
Elja Daae zegt
Zoon eerst!!