Disruption is een mooi business model. Slim ook, want de gevestigde orde is er niet op bedacht. En is nooit wendbaar genoeg om op tijd tegenwicht te bieden. Nee, voor de gevestigde orde is disruptie helemaal niet leuk. En hoe dat voelt ondek je als je eigen routine eens lekker gedisrupt wordt. Zoals je wekelijkse zwemtraining.
Dat zit zo: ik was zwemmen vanochtend. Dat doe ik al een paar jaar, iedere vrijdagochtend. Trimzwemmen, heet het. [Ik zeg er altijd even bij dat het heel intensief is, dat mensen niet denken dat ik maar een beetje lig te badderen. Da’s mijn ego talking.]
Maar goed. Ik doe dat dus iedere vrijdag. En al jaren lang gaat dat als volgt:
- De zwemleraar of lerares legt de lijnen klaar zodat ze makkelijk afrollen als je ze naar de overkant zwemt
- Ik sta om 09:29 klaar met de lijn (om een baan mee af te zetten) in mijn handen
- Om 09:30 precies ga ik het water in om de lijn van baan 2 naar de overkant te zwemmen
- Iemand pakt de lijn aan de kant waarvan ik vertrok en maakt hem vast zodra ik hem aan de overkant heb bevestigd
- Ik ga lekker fanatiek inzwemmen. In baan 2.
- Iemand komt er bij – meestal een van twee andere zwemmers die meestal in baan 2 zwemmen
- Ik zwem de hele les in baan 2. Punt.
Het is gek, maar je raakt op een gegeven moment in een soort van routine. Of misschien is het meer een ritueel. Dit klasje bestaat al heel erg lang (sinds de zeventiger jaren) en er zijn mensen die echt al jaren en jaren meedoen. Zij hebben eigenlijk ook altijd vaste banen. En als nieuweling pas je je gewoon aan.
Ik ben nog steeds een beetje de ‘nieuweling’, zelfs na een paar jaar. Maar een paar jaar zijn genoeg om totaal in je ritueel te zitten, kennelijk, en van de kaart te raken als het anders gaat dan anders.
Het begon er al mee dat de ‘nieuwe’ zweminstructeur (die heel senior is maar pas sinds de zomer dit klasje lesgeeft) de lijnen niet klaar had liggen. Dat betekende dat ik even bezig was om ‘mijn’ lijn uit het opbergvak te halen en klaar te leggen.
Terwijl ik de lijn klaarlegde, pakte een relatief nieuwe mevrouw het begin van die lijn en ging zwemmen om hem aan de overkant te bevestigen. Omdat ze vriendelijk, hulpvaardig en sociaal is, snap je. Maar ik was helemaal van ‘ik leg die lijn altijd klaar!?’ In mijn hoofd dan. Ik wist niet wat ik met mezelf moest doen, dus ik pakte toen maar de volgende lijn om hem klaar te leggen. Maar die ging zij (inmiddels terug van de overkant) ook naar de overkant zwemmen.
En toen begon ze in baan 2 te zwemmen.
Waar ik in mijn eerste baan in de kantoortuin nog wel eens voor de lol op de plek van een oudere collega ging zitten – officieel waren het flexplekken – ben ik duidelijk veel te meegaand geworden. Of misschien gewoon wijzer. En een stuk minder disruptief. Ik ben sinds ik trimzwem gewoon braaf begonnen in baan 1. En toen opgeschoven naar baan 2, om daar te blijven. Ie-de-re vrijdag.
Hoe dan ook, mijn zwempartner was gearriveerd. En ik wilde graag met haar zwemmen. In baan 2, dacht ik, maar het is lekkerder om met zijn tweeën in een baan te zwemmen dan met zijn drieën. Pardoes ging ik in baan 3 klaarstaan. En zij ook.
Maar terwijl ik begon te zwemmen realiseerde ik me hoe stom het was. Waarom kon ik niet gewoon bij die aardige mevrouw in baan 2 zwemmen? Moest ik echt ten koste van alles met mijn zwempartner zwemmen? Hoe onaardig kun je zijn?
Terwijl ik moeilijk deed in mijn hoofd vanuit baan 3 kwamen de mensen die normaal in baan 3 en 4 zwemmen er aan. Bij baan 3 bleven ze even staan praten. Zij waren duidelijk ook gewend aan ‘hun’ baan. Het kwam bij hen ook niet op om in baan 2 mee te gaan zwemmen.
We zijn allemaal gewoontedieren. Ons brein maakt verbindingen die er voor zorgen dat we niet meer na hoeven te denken over dat soort dingen. En dus doen we ze klakkeloos.
Ik ben uiteindelijk gewoon in baan 2 gaan zwemmen. Gezellig. Met een nieuwe baangenoot.
I know, I know. Superstom. Maar wel menselijk. En het is een risico om dit te bloggen. Ik kom niet echt goed uit de verf. Maar de werkelijkheid is dat heel veel van ons dit soort rare vastgeroeste dingen hebben. Hoe ouder we zijn, hoe meer we er hebben.
In werkelijkheid was het maar een klein momentje. Het gaat om afwegingen waar je eigenlijk nauwelijks over nadenkt, tot er iets anders gaat dan je gewend bent.
Toch heeft het me iets geleerd. Hoe een menselijk brein niet zo flexibel is, of althans, sommige breinen. Misschien omdat het zoveel energie kost om alle ballen in de lucht te houden en je probeert om houvast te vinden in dingen die terugkerend zijn. Rituelen, gewoonten … het maakt niet uit hoe je het noemt. Het helpt gewoon als je nergens over na hoeft te denken. En als het iedere keer hetzelfde is, hoeft dat dus ook niet.
Te weinig disruptie is eigenlijk heel gevaarlijk voor een brein. Althans wel voor het mijne [ik heb een huisgenoot waarvoor het tegenovergestelde geldt].
Point in case: ik sprak vandaag toevallig iemand die net begonnen is aan een nieuwe baan. Haar collega’s zijn een stuk ouder dan zij en zitten al heel lang op dezelfde plek. En ze zijn een beetje vastgeroest, vermoed ik, net als ik in het zwembad. Want toen ze onschuldig vroeg of het mogelijk was om een bepaalde knop op de webpagina te verplaatsen, gingen de collega’s direct in de aanval. ‘Als je hem verplaatst, zetten we hem gewoon terug!’, was hun antwoord op haar vraag naar de mogelijkheden. HUH?
Te veel gewoonten zijn misschien wel slecht voor een mens. We moeten af en toe toch echt een beetje gedisrupt worden. De een kan het minder hebben dan de ander, maar een beetje is misschien voor bijna ieder mens wel goed. Blijf je lekker wakker van. En het dwingt je om na te denken over waarom en hoe je dingen doet.
Disrupt jezelf! Mooie slogan.
Wie weet in welke baan ik volgende week zwem?
Misschien ga ik het heel bont maken.
Baan 5 of zo.
PS Als je een écht goed verhaal over disruptie of het gebrek daaraan wil lezen, lees dan dit.
- Vrij zijn van verandering - 26 maart 2025
- Blog of column? Over wat je wel en niet mag bloggen van jezelf - 24 maart 2025
- Raar - 23 maart 2025
Het merkwaardige met dit soort dingen. We hebben flexplekken op het werk, kan ik niet tegen, vind ik vreselijk, dus ik heb na lang gedoe een vaste plek. Iedereen kan me daar makkelijk vinden.
Met zwemmen is het juist wel flex. Het zwembad in de sportschool heeft drie banen, elke keer als ik de trap oploop klopt vol verwachting mijn hart, want wat is er vrij? De eerste baan is niet handig, want daar zit ook de trap in, de derde baan moet je vaak langs de muur zwemmen. Vind ik niet fijn. De tweede baan is het fijnste. Helaas vindt iedereen dat. Het is totaal feest overigens als ik boven aan de trap sta en er ligt niemand in het zwembad. Tweede baan! Hop! Middenin zwemmen! en je brengt me op het idee voor een blog…
Ja! Dat heb ik ook als ik op andere dagen zwem. Je weet nooit wat je kunt verwachten, of je een baan/laan voor jezelf krijgt. En dat is prima. Maar tijdens die ene dag ben ik kennelijk totaal gefocust op mijn eigen ritueel. Zo gek!!
Een routine zoals jij die hierboven beschrijft (van de lijn naar de overkant zwemmen en dan doorgaan in baan 2) helpt volgens mij om makkelijker van de ene in de andere situatie of toestand te geraken. Tenminste zo ervaar ik het als ik ga sporten.
Gaan zwemmen/sporten is één ding, maar vaak zijn we nog zo vol in ons hoofd met allerlei zaken dat we niet meteen echt kunnen genieten van het zwemmen/sporten of dat het niet de ontspanning geeft die we ervan verwachten. Door steeds meer een vorm van ritueel in te bouwen ga je geleidelijk over en ben je stapsgewijs bezig om de ene toestand (je drukke bestaan) te vervangen door de volgende (baantjes zwemmen in het zwembad, of rondjes hardlopen).
Als je daar aan gewend bent geraakt is het logisch dat je van slag bent als deze routine onderbroken wordt. Aanpassen aan de nieuwe situatie is dan het toverwoord. Makkelijker gezegd dan gedaan is daarbij de hindernis want het kost energie die je liever in het zwemmen/sporten had willen stoppen.
Dat bedenk ik me nu allemaal nadat ik je blogpost had gelezen 😉
Ha! Ik denk wel dat dat het is Peter, inderdaad. Het zijn rituelen die je helpen om te schakelen. Grappig hoe dat werkt. Je kunt het zien als vastegeroest zijn, maar ook als een pad in je hersenen dat je helpt om efficient en gefocuster te zijn. Dat laatste klinkt in ieder geval wat positiever 😀